Focaccia met olijven en ansjovis
Focaccia is het perfecte brunch- en snackgerecht. Wij toppen het graag met ansjovis, kappertjes en kerstomaatjes. Maar wat de topping ook is, iedereen houdt van focaccia.
Lekker als 'ie net uit de oven komt, maar ook als 'ie afgekoeld is!
Meng de bloem, het zout en de gist in een grote kom. Roer er 2 eetlepels van de olijfolie door tot je een kruimelige textuur hebt. Voeg 300 ml lauw water toe en roer. Strooi wat bloem op een werkvlak. Keer het deeg uit de kom en kneed tot een glad deeg, 3 tot 5 minuten.
Doe het deeg in een schone kom en dek af met plasticfolie of een vochtige keukenhanddoek. Laat het 1 uur rusten op kamertemperatuur, zodat het deeg iets kan rijzen.
Bekleed een bakplaat met bakpapier. Spreid het deeg uit op de bakplaat en gebruik je handen om het uit te spreiden tot een platte, gelijkmatige laag van ongeveer 2 cm dik. Laat nog 20 minuten rijzen.
Verwarm ondertussen de oven voor op 220°C. Druk de olijven, kappertjes en ansjovis voorzichtig in het deeg. Doe hetzelfde met de tomaten en strooi de oregano erover. Besprenkel met de resterende olijfolie en bestrooi met zout.
Bak de focaccia 10 tot 12 minuten, tot hij goudbruin is.